Infraroodverwarming kun je uitstekend inzetten als bijverwarming op plekken waar je inactief bent. Moderne cv-systemen voeden we vaak op basis van lage temperaturen met warmtepompen. Het grote nadeel van deze systemen is hun traagheid; daardoor kunnen bewoners de warmte niet meer regelen.
Een ander nadeel is dat lage temperatuur systemen geen stralingswarmte afgeven. Door dit thermisch discomfort zetten veel mensen de kamerthermostaat vaak 1, 2 of zelfs 3 °C hoger. De oude standaard van 20 °C verandert zo steeds vaker naar 21, 22 of 23 °C. Op deze manier gebruiken mensen 7-21% meer energie. Infraroodverwarming kan beide problemen moeiteloos oplossen.
Infraroodverwarming, wat is dat eigenlijk?
We gebruiken in Nederland twee dominante vormen van warmteoverdracht: stralingswarmte (infraroodverwarming) en convectiewarmte (luchtverwarming). Sinds de intrede van moderne hr-ketels en lage temperatuur systemen ligt de nadruk op convectiewarmte. Daarmee minimaliseren we stralingswarmte.
Toch komt infraroodverwarming veel meer voor dan we denken. Ieder object met massa wisselt via infrarood licht zijn warmte uit met objecten met lagere temperaturen. Dat geschiedt zonder tussenkomst van een medium zoals lucht.
Infraroodverwarming waar wij het in deze blog over hebben, realiseren we met infraroodpanelen. Deze panelen hebben een oppervlaktetemperatuur van circa 90 °C. Daardoor geven ze als bijverwarming heerlijke warmte, vergelijkbaar met de stralingswarmte van de lentezon.
Nadelen van onze duurzame cv-systemen
Warmtepompen koppelen we vaak aan vloerverwarming in duurzaam ontwikkelde woningen. Lage temperatuur afgiftesystemen zoals vloerverwarming zijn voor het rendement van warmtepompen een ideale metgezel. Daarmee is deze twee-eenheid een goed scorende energetische oplossing.
Toch kleven er ook nadelen aan. Het eerste is dat je warmtebehoefte niet kan regelen. Bewoners krijgen bij oplevering de boodschap: zet de thermostaat op 20 °C, en blijf er dan het liefst voor altijd vanaf. Daarmee verdwijnt de dynamiek in vraag en aanbod volledig.
Het tweede, grote nadeel is dat voelbare warmte ontbreekt. Door de goede isolatie en kierdichting is de temperatuur van de vloer vaak maar 1 à 2 °C hoger dan de gevraagde ruimtetemperatuur. Daardoor ervaren bewoners wanneer ze actief zijn te veel warmte en bij inactiviteit te weinig warmte.
Deze ervaring is er de oorzaak van dat gebruikers de ruimtetemperatuur standaard verhogen. Ze compenseren het gemis van stralingswarmte door de convectiewarmte te verhogen. Dat is zonde, absoluut onnodig en vaak zonder het gewenste resultaat.
Besparen met bijverwarming
Door infraroodpanelen te plaatsen, maak je warmte weer regelbaar en lever je aangename stralingswarmte op plekken waar je inactief bent. Hierdoor kun je de basiswarmte van je duurzame systeem naar een lagere waarde brengen, bijvoorbeeld 18 °C.
Een temperatuur van 18 °C is bij een beetje activiteit ruim voldoende en beter dan 20 °C of meer. Tijdens uren van inactiviteit kun je de gewenste warmte verkrijgen door de aangename stralingswarmte van de infraroodpanelen. Je gebruikt ze dus lokaal en uitsluitend wanneer je ze nodig hebt.
Stralingswarmte levert aangename warmte zoals die van de lentezon. Terwijl het verhogen van luchttemperatuur ons slechts minder warmte laat verliezen. Door het verlagen van de basiswarmte bespaar je 20-25% energie. De vrijgekomen energie kun je gebruiken voor echte warmte.
Ga je voor het eerst met infraroodverwarming de markt op?
Masterwatt heeft een ruim assortiment infraroodpanelen. We hebben uitvoeringen in aluminium of glas met diverse vermogens en in verschillende kleuren. Neem dan contact met ons op en laat je goed adviseren door onze specialisten.
Tags: #blog #bijverwarmen #infrarood #infraroodverwarming #infraroodpanelen #elektrisch #elektrischverwarmen #stralingswarmte #convectiewarmte #duurzaam #energie #irheating #irverwarming